zaterdag, april 1

Planten: Sterhyacint

Planten: Sterhyacint

Sterhyacint



Mijn eerste ontmoeting met een sterhyacint was in april 2004 in de duinen bij Scheveningen. Samen met mijn vrouw liep ik door de duinen vanuit de Texelsestraat naar het zuiden.
Op een hoek, langs het pad en gedeeltelijk iets voor en gedeeltelijk iets over het hek groeiden een aantal planten waarvan we direct vonden dat ze op hyacinthen leken. Wat bladeren in de "Wilde planten" van Readers digest bracht ons op de Wilde hyacint.
Het leuke was dat zowel de paarse, witte als roze bloemen daar bij elkaar voorkwamen. Dat Readers digest de soort als vrij zeldzaam omschreef maakte het alleen maar leuker.

In het voorjaar van 2005 kwam ik een leuk blauwe sterretje tegen in de berm van de weg. Ik kwam uit bij de Vroege sterhyacint. Mijn goede vriend Rasbak had daar al een leuk artikeltje over geschreven, dat heb ik dus lekker laten staan.

Vandaag wandelden we opnieuw door de duinen. Ditmaal minder dicht bij Scheveningen, meer richting Kijkduin. Mijn aandacht werd getrokken door een paar paarsblauwe bloempjes langs de rand van het pad. Bij het late voorjaar dit seizoen trekt alles watr niet bruin of groen is de aandacht.
Dat deze plantjes tot het geslacht Scilla, Sterhyacint behoorden, was snel duidelijk. Met de Heukels flora in de hand was het snel duidelijk: dit moest de Oosterse sterhyacint zijn. De vrij staande helmdraden het zichtbare vruchtbeginsel, en de knikkende bloemen lieten geen twijfel.
Terwijl ik mijn twee digitale amateurcamera's op de bloemen los liet, keek mijn vrouw wat rond. Al snel ontdekte ze het plantje op meerdere plaatsen langs het pad.

Een van de plaatsen trok mijn bijzondere aandacht. Deze plantjes zagen er anders uit dan de Oosterse sterhyacint. De bloemen zijn niet hangend.
Opnieuw de Heukels raadplegen: dit leek dan de Vroege sterhyacint te zijn. Verschillende voorbijgangers vragen geinteresseerd naar de plantje terwijl ik met de determinatie en fotograferen bezig ben.

Thuis gekomen is het hoog tijd om de foto's eens goed te bekijken. En ja, de close-ups van de tweede soort brengen een determinatie foutjke aan het licht: de meeldraden omsluiten hier echt het vruchtbeginsel, en zijn vergroeid. dat had ik natuurlijk ook met mijn loep kunenn ontdekken, maar ja.
Met deze eigenschappen is het geen Vroege sterhyacint, maar de Grote sneeuwhoen.

10/04: De duinen blijven daarmee een "hotspot" met een groot aantal verschillende plantensoorten. Eigenlijk verbaast me dat: de milieudruk op deze smalle strook duin naast het grote den haag moet behoorlijk groot zijn. Daarbij denk ik dan aan bijvoorbeeld hondenuitlaters, die hun dier hier hun behoefte laten doen, wat de nodige extra en ongewenste mest oplevert. Maar ook aan de invloed van allerlei tuinen uit de aangrenzende vogelwijk: afgelopen vrijdag zagen we narcissen. Ik kan me niet voorstellen dat de milieudienst van de gemeente den haag die daar aangeplant heeft, dus dat zullen wel aanwaaiers zijn, afkomstig uit genoemde tuintjes. Aardig, maar daarmee verworden de duinen wel tot een keurig aangelegd parkje zoals de andere aangelegde parken. Het aantrekkelijke van de duinen, de wilde natuur met alle biodiversiteit, is dan vrees ik voorgoed verloren.
Hiernaast merkte ik afgelopen vrijdag dat de milieudienst van de gemeente den haag een aantal stukken duin kaal gemaakt heeft: vermoedelijk is er duindoorn en helmgras verwijderd. Waarschijnlijk goed bedoeld om te voorkomen dat het duin verbost met duindoorn. Wel hoop ik dat de duinen nooit een park zullen worden, al noemt de gemeente Den Haag ze wel zo. Nog een mooi rozenperkje hier, meneer de brugemeester?

Na deze uitweiding moet me toch nog evenn van het hart dat het sterhyacint verhaal bij thuiskomst een onverwachte follow-up kreeg. In inze tuin bleek ook een soort uit dit geslacht te groeien, maar dan een soort die ik nog niet heb kunnen thuisbrengen.

De bloemen hebben meeldraden die het vruchtbeginsel omsluiten, en lijken dus op de sneeuwroem. De kroonbladen zijn deels vergroeid, voor ongeveer 1/3. En de doorsnee van de bloem is pm 15 mm. Op grond van de helmdraden die het vruchtbeginsel omsluiten dacht ik eerst aan de kleine sneeuwroem, maar volgens Heukels hebben die bloemen een doorsnee van 10-12 mm. En 15 mm zit daar toch een tikje boven. Ik houd me aanbevolen voor tips en hoop binnenkort een foto bij te voegen.

Ik heb inmiddels al wel ontdekt dat deze soort in meer tuintjes in de straat staat, meestal op een of ander onopvallend plekje in een hoekje of weggemoffeld tussen netjes aangeplantte struiken. Duidelijk niet bedoeld, en zich daar op natuurlijke wijze gevestigd.