woensdag, oktober 31

Maas-Niederrheinpad: Swalmen - veerpont Reuver

Woensdag 31 oktober.

We verblijven een weekje op Landal Lommerbergen, een park dat ze ooit van Centerparks hebben overgenomen. Gisteren was een natte dag, en hoewel we regenkleding bij ons hebben, hebben we geen 'echte' wandeling gemaakt. Het gemakkelijke aan het park is dat de bus voor de deur van het park stopt. Die halen we vandaag net.

Zonder problemen stappen we uit bij het station in Swalmen. Hier voert een NS-wandeltocht ons richting Maas. Op het punt waar we het Maas-Niederrheinpad oppikken, staat de ruine van kasteel Ouborg, of Naborgh. Van de 1,5 meter dikke bakstenen muren resteert alleen een stukje van de westmuur. Het pad is voor ons een nieuw pad, en ik heb niet de ambitie om alle 342 kilometers hiervan vol te maken. Na deze week is het mooi geweest.

De schroefweg,die we nu volgen, is een rustige grintweg. De bewegwijzering, altijd een verrassing op een nieuwe route, verdient een pluim. Goed verzorgd, helder en netjes. De weg lijkt een zogenoemde 'holle weg' tussen de akkers, die duidelijk hoger liggen dan de weg. Op één punt zien we het beekje van de Swalmen rechts van ons door het landschap kronkelen. Een stukje verder steken we deze over een gemakkelijk bruggetje over. Even voor de 'donderberg' slaan we rechtsaf. Ik probeer Jos wijs te maken dat de berg zo heet omdat, als je er op staat, je het in Keulen kunt horen donderen, maar ze gelooft me niet.
De akkerbouw vertoont nogal variatie: geoogste akkers waar vermoedelijk gerst verbouwd werd, mais, (voeder?)bieten, aardappels, en appelboomgaarden. Bij het gehucht Rijken houden we rust voor de lunch. Wanneer we verder wandelen, hebben we goed zicht op de Rijkelse Bemden. Ja, u leest het goed, enkel 'e'.
Daarna voert het pad ons langs de maasoevers, maar een kudden runderen verspert ons de doorgang. Ze liggen verspreid voor het hek. Het bord waarschuwt er voor om niet tussen de kudde door te lopen, dus zijn we een keer verstandig en doen het niet.

De 'Grauwe Beer' is een Zaanse molen en ziet er ook zo uit. Eind 19e eeuw is hij per schip vanuit Zaandam hierheen gebracht. Hier duiken we nog even het gebied in waar de koeien ons eerder tegenhielden.

In Ouddorp passeren we een oorlogsbegraafplaats. Zuid-Limburg was aan het eind van de tweede wereldoorlog een as waarlangs de Geallieerden oprukten richting Duitsland. Bij het veerpontje passeren we nog een gedenkplaat van de veerbootramp uit 1944, toen Duitse soldaten de veerboot dwongen over te steken ondanks de protesten van de veerman. 9 personen kwamen om.

Eerlijk gezegd had ik in dit jaargetijde niet meer op veel bloeiende planten gerekend. Toch kwamen we in de berm genoeg tegen: bezemkruiskruid, jakobskruiskruid, kamille, koningskaars, veldhondstong, afrikaantjes (langs een akker, ver van een boerderij), wilde cichorei en nog een witte composiet met verhoute stengel. Tsja, door het jaargetijde had ik mijn flora thuis gelaten, en dat wreekte zich vandaag. Paddestoelen, waarop ik had gerekend, zijn er nog nauwelijks, op een verborgen aardster na.

Gewandeld: 6,3 km.

Lees hier verder.