vrijdag, april 24

Marskramerpad: Noorden - Woerdense Verlaat

Vrijdag 24 april 2019
Met wat aarzeling beginnen we aan deze wandeling. Ik heb eergisteren nog geniest, ben ik wel helemaal beter? Maar van binnen zitten knap ik ook niet op. En ben ik wel verkouden? De huisarts vroeg zich af of, wat ik voor winterverkoudheid aan zag, niet eerder een allergie is.

We parkeren in Woerden tegenover de kerk. Vandaar lopen we door de hoofdstraat, die eigenlijk Simon van Capelweg heet, naar het oosten. Over de Prolkade gaat het naar de route toe. Die pikken we op bij de Kousweg. De weg richting bungalowpark is rustig. De berm staat vol fluitekruid en raapzaad. Ook pinksterbloem, knolboterbloem en hondsdraf ontbreken niet. Tot mijn aangename verrrassing worden we door het rietland geleid. We spotten verschillende vogelspotters. Twee vrouwen, duidelijk amateurs, staan met een handverrekijker over het water te turen. Een man staat met een meer profesionele kijker op een standaard iets hoger langs de dijk.
Wij zien met onze blote ogen, geholpen door onze brillen, ganzen, zwanen en wilde eenden. Het bord bij de uitgang meldt rietzangers en gorzen. Die hebben zich tijdens ons bezoek verstopt gehouden.

Het pad door het riet voert ons aan het eind van het vogelaarsparadijs terug naar de weg. We wandelen tussen twee bungalowparken door. Links hokt het proletariaat bijeen in zijn stacaravans. Rechts zetelt het Kapitaal in vrijstaande vakantiebungalows met een uitstraling en omvang die ik me nog niet voor onze hoofdwoning kan permiteren.

Aan het eind van het pad slaan we rechtsaf en volgen vanaf hier kilometers lang het water van de Kromme Mijdrecht.

Verschillende malen passeren we hekjes, die niet in het boekje vermeld staan, maar wel goed onderhouden zijn. Bij de hekjes ontbreekt de bestickering, maar de bedoeling is duidelijk. Eenmaal passeren we koeien, een andere keer wandelen we vlak langs de schapen. Dank aan de boeren die hier hun land open stellen!

Gedeeltelijk lopen we langs fietspaden. Dat is in deze coronatijden wel problematisch. Waar de meeste wandelaars proberen 1,5 meter afstand te houden, hebben fietsers, op enkele positieve uitzonderingen na, hier regelmatig lak aan. Alsof ze er vanuit gaan dat virussen niet hun werk doen als je op de fiets zit.

We passeren verschillende andere wandelaars. Sommigen wandelen de Noordsche-buurtroute, waar dit stukje mee samenvalt. Een zijweg voert naar het Pietersenpad, genoemd naar de familie Pietersen die hier gewoond heeft. De Westveensemolen mag niet onvermeld blijven.

De bus rijdt hier alleen op spitstijden. We hebben geen zin om te wachten tot 16 uur, en volgen vanuit Woerdense Verlaat de N463 richting Noorden. Volgens het bord is dat maar 1km. Ik denk dat het fout is, Jos denkt dat het tot de gemeentegrens is in plaats van tot het centrum. Ik dacht dat de afstanden altijd tot de stadscentra werden aangegeven, maar Jos krijgt gelijk. Na p.m. een kilometer bereiken we de grens van Noorden. Wandelend richting Noorden kletsen we over het boek "Het paard en zijn jongen", van C.S. Lewis, waar regelmatig de kreet "Naar Narnia en het Noorden!" voorkomt. Hoewel we volgens de kaart tussen twee waterrijke gebieden doorlopen, zien we daar op dit stuk opvallend weinig van. Rechts van ons wordt driftig gebouwd.

Gedaan: 89,8 + 5,7 = 95,5 km
Te gaan: 360 - 95,5 = 265,5 km